1992b

 Woensdag 7 oktober 1992

Valarie, vandaag is het normaal jouw verjaardag. Ik zal alleeen het verhaal opschrijven van de roos, voor jou... Neem nu een witte roos, als je die blanke roos ziet, dan zie je jou, Valarie. Een tere witte roos, bijna doorschijnend, kwetsbaar. Zo was jij geplant, in die grote tuin die de aarde is, tussen al die planten. De tuin is geen paradijs meer. Er groeit onkruid, dorens en distels, maar ook koren, voor het voedsel en de grote bomen die vruchten dragen, en allerhande planten en bloemen. De tuiniers aan wie de zorg voor deze roos was opgedragen, hebben deze bloem omgeven met toewijding en liefde, maar het was een tere bloem. Soms kwam de Heer van de tuin kijken naar het werk van zijn tuinlieden, en als Hij dan de moeite zag waarmee de werkers de roos omgaven, dan zei Hij: zal Ik de roos plukken? Dan zeiden de tuinlieden: ach Heer, aub nog niet. En dan ging de Heer weg en liet de roos aan onze zorgen over. Zo ging het 14 jaar, thuis, bij ons, bij je zussen. Twee maand geleden is de Heer weer gekomen, héél stil, in de vooravond en héél behoedzaam, in een kort ogenblik, heeft Hij de roos geplukt, vlug en zonder pijn te doen. En de tuinlieden zijn bedroefd: ach Heer, wij deden zo ons best. En de Heer: het is goed zo, ik heb zelf de zorg voor deze roos ter hand genomen, Ik zorg er verder zelf voor......




Zondag 24 oktober 1992

Het is nu al 'n tijdje geleden dat ik je geschreven heb. Ik heb nu en dan contact met mensen die ook een dierbare verloren hebben, het doed me deugd om erover te praten. Som is het wel eens vervelend, als ik iemand tegen kom die een vervelende opmerking heeft, die weten niet wat het is, een kind verliezen, tot dat zij het meemaken.... grrrrr.... ik maak mij er dan druk over..... 1 november nadert, ik zie er tegenop, zo'n rare periode, en dat weer dan, storm, alles ziet er zo somber uit. Valarie, we zijn deze namiddag naar de zee geweest. Net als in Roeselare, was er storm. Tussen Roeselare en de Haan, was er een electrische paal omgewaait. Gestopt in Oostende, op de dijk gewandeld, waar we samen o zo dikwijls met jouw gewandeld hebben. Zeer weinig volk; de golven waren wild, bruin, zand waaide van enkele meters lager op de dijk. Nu en dan wat regendruppels. In plaats van wandelen, liepen we naar een tea room. De wind gierde langs ons, het zand en de regen gaven ons een apart gevoel, je doet dat niet elke week, in een storm lopen. Bij mij stormt het ook. Valarie, moest je vragen, hoe is dat dan? Raar, er is iets te kort in mijn leven, jouw dood heeft me van streek gemaakt, het schijnt dat je alles een keer moet meemaken, zonder jou bij ons, dus : jouw verjaardag, 1 november, kerstdag, Sint.... Dus 1 jaar, en dan nog...... Je nam zo'n belangrijke plaats in mijn leven, ons leven... Bij mij ligt je foto van enkele maanden terug, je kijkt zo seieus, zo wijs. Ik ruik aan Piet Konijn. Nu nog ruik ik jou geur. Beertje op z'n bal staart voor zich uit, soms duw ik tegen hem, dan hoor ik een hemels geluid waar jij altijd om lachte. Panda zit in de 3 zit, door zijn grootte.....


Zondag 1 november 1992 Valarie, het eerste jaar zonder jou, elk jaar hetzelfde, een triestige dag, nu nog meer... Naar je graf geweest met een boekket, ook van je tantes en nonkels.... er zijn witte roosjes bij, zie je? Deze dagen brengen herinneringen naar boven, veel goede en prettige. NIet alleen 1 november moet je aan de doden denken, maar nu en dan, het ganse jaar door...... Je bent gestorven, maar je zal toch weer leven, je hebt het paradijs gevonden, ik weet heel zeker dat je die verdient Valarie. Sterven is het natuurlijke einde van een levensproces. Je weet, midden in het leven kan de dood toeslaan. Weinigen willen hem zien, weinigen willen met hem omgaan. Men kan de dood rustig in de ogen kijken, want hij opent nieuwe horizonten. Valarie, weet je dat je me soms troost? Net of je een handje boven m'n hoofd houd, net of je me streelt. Want troost is voor mij geen vloed van woorden, maar n milde zalf op een diepe wond. Troost is iemand die luistert naar mijn gemartelde hart. Die bij mij blijft als ik angst heb. Troost komt als een onverwachtr oase in een grote woestijn..........


Maandag 2 november 1992


Vandaag ben ik bij je graf geweest, er ligt nog een stukje bij van tante Carine en nonkel Arnold. Ik ben deze avond ook naar de mis geweest, ter nagedachtenis van alle overleden, je naam werd afgeroepen, t is allemaal nog zo vreemd, net niet echt..... Er is een artikel verschenen in "de weekbode", over jou, over ons. Nu is er nog te veel droefheid en verdriet in m'n hart, er is te weinig plaats voor vreugde en plezier. Ik heb een gedicht gevonden, van Gustaaf Broeckaert : November, maand der droefheid, dagen vol herrinnering,levend in vergankelijkheid, weemoed, mijmering. Tranen druppelend op de graven, vele bloemen sieren....Pijnen, geest en lichaam knagen, mensen knielen. Geborgen in Gods aarde, kil en blijvend koud, een kind, gehandicapt, toch een mens van waarde, nog zo jong. Naakte winden huilen, kransen dekken 't graf, volkeren, wenend wuiven, stille 't kerkhof op en af...... Ik vind, voor mezelf, 1 maal per jaar worden de geliefde doden herdacht, dat zou gans het jaar moeten kunnen. Eenmaal per jaar gaan de meeste mensen naar het kerkhof, en de andere maanden? Ikzelf ben geen zo'n kerkganger, maar ik geloof. De uren dat ik al gebeden heb, veelal met m'n eigen woorden, die zijn niet te tellen. Soms vertel ik tegen Valarie, ja, het klinkt mischien raar. Als m'n dagboek verschijnt, gelijk op welke manier, ga ik wel kritiek krijgen, dat mag. Goede krietiek zal me enorm deugd doen, van negatieve zal ik leren.


Woensdag 4 november 1992

Als je van iemand houdt en je bent van haar gescheiden, kan niets de leegt van jou afwezigheid vullen, je moet dat niet proberen, maar eenvoudig aanvaarden en volhouden. Dat klinkt erg hard, maar het is ook een grote troost, want zolang die leegt blijft, blijf je daardoor met elkaar verbonden. Het is fout te zeggen: God vult die leegte. Hij vult die niet, Hij houdt die leegte leeg en helpt ons zo de vroegere verbondenheid met elkaar te bewaren, zij het ook met veel pijn. Hoe mooier en rijker de herinneringen, des te moeilijker de scheiding. Maar dankbaarheid verandert de pijn der herinnering in stille vreugde. De mooie dingen van vroeger zijn geen doorn in het vlees, maar een kostbaar geschenk dat je meedraagt. Wij moeten zorgen dat we niet in onze herinneringen blijven graven en on erzelf in verliezen, een kostbaar geschenk bekijk je niet aldoor, maar op bijzondere ogenblikken. Buiten die ogenblikken is het een verborgen schat, een veilig bezit, dan wordt het verleden een blijvende bron van vreugde en kracht. Die dagen zijn soms zo raar. Dood, ik denk er vaak aan. Valarie je foto ligt naast me als ik schrijf. Je ligt op je dekentje, je hebt je kleedje aan in "marinestijl". Zoals altijd lach je, je goede handje houd je andere handje vast. Je kijkt zo gelukkig, ben je nu ook gelukkig? Soms, een kort ogenblik, net of ik je ruik... En gisteren dan, net of ik je hoorde hoesten. Raar maar waar, Isabelle hoorde het ook, op hetzelfde ogenblik. Ik voel me nog steed dicht bij jou. Ik blijf van je houden, ik zl je altijd missen. Ik wou dat ik je kon strelen over je hoofdje, mijn vingers door je haartjes halen, over je neusje strelen. Ik mocht over je neusje gaan met mijn wijsvinger, beginnen tussen je oogjes, dan naar beneden. Ik gaf je vaak zoentjes op je wangetjes en je voorhoofd. s'Avonds als ik naar bed ging, kreeg je een kruisje op je voorhoofd. Als je je eerste en plechtige communie deed, hielp ik je een kruissteken maken, dat deed je goed mee. Maar als je iets niet graag deed, dan spande je je armpjes en je beentjes. Als ik dicht bij je kwam, dan krulde je soms van plezier. Kon ik je nog maar eens vastnemen en samen in de zetel plaats nemen. Jou leven was kort, maar je hebt me zoveel waardevolle dingen gegeven. Ik heb gedroomd, akelig... Ik droomde dat ik je uit de grond haalde, uit je kist. Ik wilde weten of je wel "dood was". Je haartjes waren nog mooi, aan je bloesje van je plechtige communie was er nog niks, zelfs de knoopjes blonken nog. Maar je gezichtje, je armpjes.....zo vreselijk om te zien, ik durf het niet te beschrijven... Dat beeld zalf me bijblijven.. Ik ben wakker geschrokken, ik kon niet meer slapen... De volgende dag ben ik gaan kijken naar je graf, of je er nog was. Er was natuurlijk niks veranderd, alles was zoals het hoorde, en ik.... ik was een stuk geruster. Isabelle heeft ook zo raar gedroomd, het schijnt dat zoiets raars dromen bij het rouwproces hoort. "Wij gingen wandelen met Valarie in haar rolstoel, het erge is, dat ze al dood was... maar toch ging ze mee. We gingen naar de winkel, stukjes zeep kopen. Maar de stukjes waren vervormd, geen enkele zeep had de juiste, normale vorm........."


Donderdag 5 november 1992

De hoofdredacteur van "de weekbode" (Roularta) is gekomen, met mijn geschreven dagboek. Een heel goed gesprek gehad. Verleden week stond er een artikel in de krant over jou Valarie, geschreven door hem en stukjes uit mijn dagboek. Ik was wel een beetje gedaan door de reacties, telefonisch, schriftelijk, zelfs een enorme bos bloemen: witte rozen en witte lelies. De living geurt nu nog.... Je foto ligt bij me, je lacht, je nodigt me uit om terug te glimlachen... Zaterdag 7 november 1992 Valarie, ik lees hier in een boekje van Phil Bosmans : "Troost: een gebaar waarin je voelt dat je niet alleen bent. Een zacht gebaar dat je zegt: je mag er zijn zoals je bent." Degenen die ons al die jaren gesteund en geholpen hebben, die hebben een plaats in ons hart. DIE mensen blijf ik eeuwig dankbaar. Dan kan ik spreken en schrijven over vriendschap --> dit is een mooi en kostbaar geschenk dat ik aan mensen toevertrouw. Dat geschenk wil ik verpakken in geuren en kleuren en met lintjes van vrolijkheid. Maar die vriendschap laat ik ook vrij, zoals een vlinder die met lichte vleugels van het ene hart naar het andere hart vliegt. Vriendschap, ook in een donkere periode zoals van ons, is toch vrij, spontaan en ongedwongen. Vriendschap wordt rustig gedragen op de golven van sympathie, waardereing en goedheid....



Zondag 8 november 1992

Ik krijg nog reacties, doet mij deugd. Zo zie ik dat er nog mensen zijn met verdriet en hartepijn. Ik ken geen moeilijke woorden, ben niet naar een hogeschool of universiteit geweest, maar de mensen die mij troosten zou ik graag danken met een tekst van Valere Deschacht. Ik, Carine, wacht niet tot morgen, om de mens te danken, die onnoembaar veel voor mij betekend. Want op dit woord, wacht je wellicht vergeefs. Ik wacht niet tot morgen, om wie het uitstekend doet, van harte te feliciteren, want mijn aanmoediging, mis je mischien om in jezelf te geloven. Laat ons niet wachten tot morgen, om wie ontmoedigd is, de hand te reiken, want jij en ik, en zoveel anderen, kunnen nieuwe horizonten openen en een houvast zijn voor anderen. Laat ons niet wachten tot morgen, om met het beste van onszelf, te bidden, zeker nu, want Hij heeft ons een zuiver hart en een standvastige wil. Wacht niet tot morgen, om eens zalig niets te doen en je zelf te verwennen, want als je voor anderen leeft, heb je ook recht op jouw tijd. Wacht niet tot morgen, om jouw eigen leven te waarderen, want ... weet je wel zeker dat morgen nog komt?



Dinsdag 24 november 1992

Valarie, jij en ik, wij waren één, het minste zuchtje, beweging, wij wisten van elkaar hoe we waren, blij of verdrietig. Ik ben nog tekortgeschoten, in jouw verzorging, opvoeding, spelen met jouw. Ik had nog meer moeten doen.... Nog te veel mensen doen me pijn met hun uitspraken. Ze zouden beter een beetje meer nadenken voor ze iets zeggen, en de manier waarop... Waar is het respect voor de medemens? Iedereen mag zijn mening zeggen, ook als ik iets fout doe, maar de manier hoe ze het aanbrengen, met weing tact.... Ik hoor het liedje "Love is in the air", waar is de liefde? Die is soms ver te zoeken... Ik schrijf niet elke dag, maar wel denken... Weet je Valarie, ik nam een bad, k dacht , ik moet mij haasten, dan is het aan jou, het is dan al wat warmer in de badkamer, vooral in de winter, maar.... uit gewoonte..... Ik deed je graag in bad, alhoewel, het laatste jaar, je was zo mager,, en groot....Je ging niet zo graag in bad, je haartjes wassen , dat had je graag, jo dan inwrijven met lotion, daar lachte je altijd mee, vooral aan je hals. Ik gaf je dan een zoen, dicht bij je oor, je kon ermee schaterlachen, op jou manier.Een vers lakantje leggen op je bed, je dekentje op je leggen, dan kroop je diep..


Zondag 29 november 1992

Ik ben deze week nog niet naar je graf geweest, morgenochtend zal ik eens gaan zien, hoe de bloemen erbij liggen. Je foto heb ik ingekaderd, die heb ik op een rond tafeltje gezet. Je lacht, soms hoor ik je. Er staan witte en roze bloempjes bij je foto. Onlangs heb ik er een kerstroos bij geplaatst. Deze namiddag zijn we naar Oostende geweest. Meestal gaan we ergens binnen op een koffie te drinken, de kinderen nemen soms een wafel of een milkschake. De Sint kwam daar binnen, en Zwarte Pieten. Ik moest op mijn lip bijten om niet te huilen...Het eerste jaar zonder jou, ik heb je veel te vroeg moeten afgeven. De kerstdagen komen eraan, en van oud naar nieuw.... Ik zie er een beetje tegenop....



Zondag 20 december 1992

Valarie, het jaar is bijna teneinde, 1992 is oud en moe, net als ik. Een jaar om nooit te vergeten. Ik heb gedroomd van jou: je stond recht, je lachte, ik denk dat je me ziet, want je wuifde naar me. Je zag er zo goed uit, dikker en gezonder. Je was zo mooi gekleed, in lichte kleuren, er lag een bloemenkransje op je hoofdje. Er waren veel bomen rond je, veel groen, enorm veel bloemen die bloeiden, je stond in zo'n prachtige tuin, de zon scheen. Ik ben blij dat ik je zo gelukkig zag.... Sinterklaas is geweest, ook voor jou Valarie. Ik had zin om speelgoed te kopen, maar het bleef bij plantjes voor op je graf.... Dinsdag 22 december 1992 Valarie, ik heb behoeft aan warmte, genegenheid, om te praten, k voel me een beetje rot, zeker nu... Nog 3 dagen en het is Kerstmis.... ik haat die periode nu.... Valarie, zie je de kerstboom staan? Je kerstmannetje, dat je van tant Nicole hebt gekregen hangt erin. Het eerste jaar dat het een namaak boom is. Als je er nog was, liet ik je ook een paar kerstballen erin hangen, met hulp van mij... Je keek dan verwondert, dat was een handeling die je niet gewoon was...


Donderdag 24 december 1992

Kerstavond. Het is eigenlijk al 20 minuten Kerstdag. Ik heb verdriet, nu meer dan anders. Ik mis de aanraking, zeker vandaag. M'n kleine meisje, je bent zo ver weg, en toch dicht bij me. Ik wens je, waar je nu bent, een prettig Kerstfeest. Ik weet niet hoe het is daarboven, maar ik denk dat het voor jou goed is daarboven. Ik wou dat je een teken kon geven, hoe klein ook.


Vrijdag 25 december 1992

Het is 23 uur, Kerstdag bijna voorbij... Gisteravond na het nieuws, was er een half uur "kerstliederen", ik wilde het niet horen, de Kerstmis ook niet... Ik kon niet niet, dat horen snoert m'n keel dicht, krimpt m'n hart samen..... Iemand zingt het "Ave Maria" in de talkschouw van Ivo Nieche op Nederland, Prachtig gewoon! Ik hoop dat Maria een handje boven je hoofdje houd, Valarie, en een beetje voor je zorgt. Als we nu rondrijden, en het is al donker, dan zie je overal binnen en buiten kerstlichtjes fonkelen, zo mooi om zien, hoe zou het zijn vanuit de lucht? Kersttijd: vredetijd... Ik zou bij veel mensen, hun hand willen vastnemen en zeggen: ik hou van jou zoals je bent,, ook al ben je eenzaam, arm of invalid. Ik zou je hand vasthouden en zeggen: mijn vriendschap krijg je, ik zou je succes wensen, je een goede gezondheid toewensen. Ik zou je hand vasthouden en vragen: zoeken we nog mensen waarmee we vrede kunnen sluiten, en verdraagzaamheid en begrip geven? We zouden elkaars hand vasthouden en liefde kunne geven aan elkaar, ook aan jou Valarie....

.

Zondag 27 december 1992

Valarie weet je nog hoe dikwijls je aan de takken van de kerstboom kwam? Met je dunne vingertjes nam je een dennetak vast, en de kerstballen? Die probeerde je in je mondje te steken en eraan te likken, maar dat kon niet hé! Soms zaten we minutenlang bij de kerstboom, de lichtjes in de boom glinsterden. Er waren ook pretlichtjes in onze ogen, soms zong ik een kerstliedje, met een valse noot ertussen, dan lachte je, ook als ik huilde lacht je. Omdat je begrip en je verstand niet was zoals van een 14jarig meisje, omdat je lichaam niet was als van een gezond 14jarig meisje, maar ik zie je graag, tot op de dag van vandaag.....



Share by: